Hoe de recente opschudding te verklaren in de relaties tussen de VS en Israël? Ik verwijs naar het besluit van president Barack Obama om zich te onthouden bij de U. N. Veiligheidsraad, precies in tegenspraak met zijn eigen opvattingen van slechts een paar jaar eerder; de 75 minuten durende tirade van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken John Kerry tegen de Israëlische premier Binyamin Netanyahu; en Netanyahu's heftige reacties, zoals de waarschuwing aan de Nieuw-Zeelandse regering dat haar steun aan de VN-Veiligheidsraad resolutie neerkomt op een "oorlogsverklaring."
Politiek van deze indringende aard wordt meestal gezien door de lens van ideeën en principes. Maar soms is het beter om alles achter te laten en te kijken naar de psychologie erachter - met andere woorden, de fundamentele menselijke emoties en relaties die we allemaal ervaren.
Dit niveau van toelichting werkt beter in dit geval met alles van Obama, Kerry en Netanyahu. Het drietal is het allemaal zat. Tijdens zijn bijna tien jaar in functie, werd Netanyahu altijd geconfronteerd met een Democratische president die niet in zijn pas liep. Obama is het beu om met een Israëlische leider samen te werken die hem al acht jaar lang heeft geërgerd; hetzelfde geldt voor 4 jaar Kerry.
Niet meteen de beste vrienden: Kerry (L), Netanyahu, Obama in nov. 2015. |
Nu ze eindelijk verlost zijn van elkaar, lijkt het trio niet in staat om hun frustraties nog langer verbergen. Handelen uit wrok en woede meer dan uit gezond verstand en planning, halen ze alle drie uit. Dusdanig ranzig zijn de emoties, dat de Amerikaanse ambassadeur in Israël, Dan Shapiro, zich feitelijk gedwongen voelde publiekelijk te beweren dat Obama "handelt niet uit wraak, het is niet hoe hij beslissingen neemt."
Alle drie betreuren hun recente acties:
Voor Obama, nu in volle anti-bouw modus, zal zijn manoeuver in de Veiligheidsraad zijn imago bezoedelen voor de grote meerderheid van de Amerikanen die sympathie koestert voor Israël, zoals kritiek van Democraten en Joodse leiders al aangeeft.
Voor Kerry, van wie zijn een ambtstermijn als minister van Buitenlandse Zaken grotendeels gericht was op het Midden-Oosten (de eerste Arabisch-Israëlische diplomatie, dan het Iran akkoord) maakt diens verzuring hem reddeloos verloren, wat met deze onthullende schreeuw over zijn eigen falen in het Arabisch-Israëlische arena duidelijk werd (en het Iran akkoord dat ten minste gedeeltelijk ongedaan werd gemaakt).
Voor Netanyahu, een ongecontroleerde reactie die ervoor zorgde dat de VN-Veiligheidsraad resolutie veel meer op de voorgrond kwam en dus veel meer weg had van een nederlaag dan anders het geval zou zijn geweest; en zijn uitval naar diegenen die de resolutie steunden die op lange termijn schade aan de nationale belangen van Israël zou kunnen doen.
En terwijl wij de verliezers tellen, worden de Palestijnen in de mixer gegooid. De valse hoop in aanmerking genomen door het afscheid van de regering-Obama, hebben hun leiders minder kans dan ooit om constructieve stappen te ondernemen om Israël te accepteren dat per se verkiest om de bouw van hun eigen staatsbestel, de economie, de samenleving en de cultuur voor te laten gaan. In plaats daarvan raken ze steeds dieper verstrikt in hun rejectionisme.
Dus, wordt het verliezen, verliezen en verliezen. Misschien dat met met het vertrek van Obama & Kerry de dingen zullen verbeteren. Maar het toevoegen van een heftige en ongecontroleerde Donald Trump aan het brouwsel baart nog meer zorgen.
Welkom in het Midden-Oosten, locatie van het viscerale vergift. (30 december 2016)
Addendum van 30 dec. 2016: Claudia Rosett is het ermee eens dat dekwestie psychologisch is (en niet politiek) maar denkt dat de doelstelling subtieler is:
Maakt President Obama gebruik van zijn laatste weken in functie om zijn persoonlijke wrok tegen de Russische president Vladimir Poetin en de Israëlische premier Benjamin Netanyahu te richten? Obama lijkt zeker punten te willen scoren met uit te halen naar Rusland voor het proberen om zich te mengen in de Amerikaanse verkiezingen en het in de steek laten van Israël aan de onbarmhartige grillen van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties.
Maar als je voorbij het narratief kijkt van de regering, suggereert Obama's staat van dienst dat zijn animus minder te maken heeft met he bruskeren van Poetin en Netanyahu dan met het steken van een duim in het oog van de Amerikaanse kiezers en de gekozen winnaar, President-elect Donald Trump.