Vertaald door D. Belinfante
Reacties op de disproportionele Hamas overwinning op Fatah afgelopen week in de Palestijnse Autoriteitverkiezingen vallen in drie groepen. Sommigen, zoals de American Israel Public Affairs Committee uitten ontzetting, bezorgd omdat Hamas openlijk pocht over zijn doel de Joodse staat te vernietigen, dit ziende als einde van het vredesproces.
Anderen, zoals voormalig president Jimmy Carter, slikten hard en trotseerden gezond verstand door te hopen dat Hamas, die met 74 zetels won van Fatah's 45, getemd zou worden en getransformeerd in Israel's vredespartner.
Een derde groep, waaronder Boston Globe columnist Jeff Jacoby, stelde vast dat de Hamas overwinning "verreweg het beste resultaat" was omdat het een "ondubbelzinnige realiteitscheck is op de aard van de Palestijnse samenleving."
En mij? Mij doet de Hamas overwinning niets waar het het Arabisch-Israelisch conflict betreft.
Er is niet veel verschil tussen Hamas anti-Zionisme en Fatah anti-Zionisme, behalve dat Hamas duidelijke taal spreek terwijl Fatah terroristen zich in nevelen hullen. Zelfs hun taktieken overlappen elkaar, waar Fatah het bestaan van Israel ontkent en Hamas met Israeli's onderhandelt. Het zijn de nadruk en stijl, meer dan de inhoud, waarin hun houding t.o.v. Israel verschilt.
Ik verafschuw Hamas en heb opgeroepen tot hun vernietiging, maar ik erken dat de verkiezingen ook voordelen zouden kunnen opleveren, door Israeli's ertoe te brengen eindelijk het diepe, alles doordringende anti-Zionisme van de algemene Palestijns-Arabische politiek te erkennen. Hamas en Fatah samen wonnen op dertien na alle zetels in de wetgevende raad. Een linkse terreurgroep, het Populaire Front voor de bevrijding van Palestina, kreeg drie zetels; drie linkse partijen – Al-Badil (of de Alternatieve Lijst), de Onafhankelijke Palestijnse Lijst, en de Derde Weg Lijst – wonnen ieder twee zetels, en vier onafhankelijken wonnen zetels. Dus met de mogelijke uitzondering van wat marginale figuren wijst de wetgevende raad kamerbreed het recht op bestaan van Israel af. Of, volgens de bijtende beschrijving van David Horowitz, Palestijnse Arabieren zijn "het eerste terroristische volk."
De Palestijnse verkiezingsuitkomst is gedeeltelijk het resultaat van meer dan een decennium van wanregeren door Yasser Arafat en zijn trawanten, die stalen, samenzweerden, verduisterden en met brute hand regeerden over hun onderdanen. Hamas daarentegen bouwde een geschiedenis op van gemeenschapsdienst, relatieve rechtschapenheid, en bescheidenheid. Positief bekeken impliceert het succes van Hamas dat Palestijnse Arabieren ook andere zaken in beschouwing nemen naast het vernietigen van Israel. Negatief bekeken geven zij slechts de voorkeur aan eerlijke terroristen boven oneerlijke.
De grote Hamas overwinning, schreef Steven Plaut van de Haifa Universiteit, is "het enige dat een kans heeft de Israeli's te dwingen hun ogen te openen en wakker te worden." Hun opkomst kan mogelijkerwijs ook anderen wakker maken; zal de kortzichtige Spaanse regering de recente oproep van een Hamas kinderpublicatie om de stad Sevilla terug te geven aan Moslim heerschappij opmerken?
Misschien. Maar ik heb weinig hoop dat Hamas-aan-de-macht een realiteitscheck zal bieden. De "vredesproces" gemeenschap zal zijn geliefde onderhandelingen niet opgeven alleen maar omdat een moorddadige totalitaire organistatie is verkozen. Zoals onafwendbaar het geval is geweest sinds 1993 zal het deze tegenvaller negeren en verdere Israelische concessies doordrukken.
Ik voorspel bij benadering een herhaling van de druk op Arafat in 1982-88 om terrorisme af te zweren. Maar een scherpzinnig waarnemer van het Arabisch-Israelisch conflict, Robert Satloff, van het Washington Instituut voor Nabije Oosten Beleid, betwijfelt dat Hamas zelfs maar gedwongen zal worden om Afatat's concessies te evenaren.
Ik verwacht ook dat, ondanks stoutmoedige uitlatingen dat ze niet zullen veranderen, Hamas mee zal gaan in de verbale eisen. Door finianciële en diplomatieke druk zullen hun leiders Arafat's gewoonte overnemen om ondoorzichtige hints te geven, en het een in het Engels te zeggen en iets anders in het Arabisch. Net zoals Arafat zullen ze misschien zelfs terrorisme "afzweren" of pretenderen hun van Protocollen-vergeven convenant aan te passen.
Sterker, wat Yossi Klein Halevi het "tijdperk van de knipoog en de hint" noemt is al begonnen, met Hamas die grotendeels stopte met terrorisme tegen Israel tijdens hun afgekondigde tahdiya (kalmeren) in 2005, toen ietwat hun retoriek afzwakten in de afgelopen weken; bijvoorbeeld, ze stelden een 15-jarige wapenstilstand voor met Israel. De "makeover" toont tekenen van succes: voormalig president Bill Clinton, vaak een opinie graadmeter, heeft er pas bij de Bush regering op aangedrongen om te overwegen te onderhandelen met Hamas.
Ik voorspel dat de Palestijns-Israelische onderhandelingen hun glorieuze verleden van goede wil, harmonie en rust zullen hervatten, met dit keer een veel slimmere en meer vastberaden vijand dan de geplaagde Arafat of de onfortuinlijke Mahmoud Abbas.