"Gematigde Eenhoorns," gromde een lezer als antwoord op mijn recente pleidooi voor westerse steun aan gematigde moslims. Hij noemt hun bestaan een mythe en zegt dat non-moslims er nog altijd op wachten dat gematigden opstaan en die extremistische boeven uit hun moskeeën en gemeenschap gooien". Zijn skepticisme is gerechtvaardigd, zijn eis redelijk. Maar recente ontwikkelingen in Pakistan en Turkije bewijzen dat gematigde moslims geen mythe zijn.
Op 15 april demonstreerden zo'n 100.000 mensen in Karachi, de grootste stad in Pakistan, tegen de Lal Masjid, een belangrijke moskee in Islamabad, die een parallel rechtssysteem wil ontwikkelen, gebaseerd op de islamitische wet, de shari'a. "Nee tegen het extremisme" riep de menigte. "We zullen ons sterk verzetten tegen religieus terrorisme en religieus extremisme" zei de leider van de Mutahida Qaumi Movement, Altaf Hussain.
In Turkije ging meer dan een miljoen gematigde moslims de straat op in vijf demonstraties als protest tegen de poging van de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling het presidentschap over te nemen, waardoor die partij controle zou krijgen over de twee belangrijkste openbare ambten (de andere is het premierschap, dat momenteel bekleed wordt door Recep Tayyip Erdoğan).
De demonstratie in Ankara op 14 april 2007. |
|
Een jonge vrouw met een grote Turkse vlag, Muge Kaplan, legde uit dat de menigte moslim is en in de islam gelooft, maar niet wil dat islam "onze hele manier van leven wordt" Een boer, Bülent Korucu, zei dat de menigte de republiek verdedigt "tegen religieuze fundamentalisten".
Een tweede demonstratie op 29 april in Istanboel telde 700.000 mensen. Op 5 mei werden er kleinere demonstraties gehouden in de Anatolische plaatsen Manisa, Çanakkale, en Marmaris.
Niet alleen de grote massa biedt weerstand tegen de islamisten van de AKP. President Ahmet Necdet Sezer waarschuwde ervoor, dat voor het eerst sinds de oprichting van de seculaire republiek in 1923, haar zuilen "openlijk betwist worden". Ook was hij sterk tegen het opdringen van een licht-islamistische staat, en voorspelde dat die extremistisch zou worden. De vice-voorzitter van de Republikeinse Volkspartij, Onur Öymen, waarschuwde ervoor dat door het presidentschap van de AKP de "balans uit evenwicht zou raken" en er gevaarlijke situaties zouden ontstaan.
Het leger – dat in Turkije uiteindelijk de dienst uitmaakt – gaf twee verklaringen die hierop aansluiten. Op 12 april sprak Generaal Mehmet Yaşar Büyükanıt de hoop uit dat "iemand, die loyaal is aan de principes van de republiek, niet alleen in woorden maar in essentie, tot president wordt verkozen". Twee weken later werd de toon dringender en verklaarde het leger dat de verkiezingen "met ongerustheid worden gevolgd door de Turkse Strijdkrachten, die vastbesloten blijft haar duidelijk uiteengezette plicht, namelijk het beschermen van seculaire principes, uit te voeren."
Deze standvastige houding ten opzichte van het islamisme is nog opvallender als het vergeleken wordt met de stompzinnigheid van westerlingen die achteloos voorbijgaan aan de gevaren van de opkomst van de AKP. Een hoofdartikel in de Wall Street Journal is ervan verzekerd dat de populariteit van de Turkse premier "gebouwd is op een competente en stabiele regering". Het historische kruispunt dat President Sezer en anderen wel opmerken wordt volledig genegeerd, twijfels over premier Erdoğan's toewijding aan het secularisme afgedaan als "stemmingmakerij" en gezien als kinderachtige campagnetaktieken om "de anti-AKP stem te krijgen en de verslapte oppositie weer tot leven te wekken.
"Al liep Erdoğan over het water, dan zouden de secularisten hem nog niet geloven" zegt voormalig ambassadeur van de Verenigde Staten Morton Abramowitz. Olli Rehn, Commissaris Uitbreiding van de EU, heeft het Turkse leger opgedragen de presidentsverkiezing over te laten aan de democratisch gekozen regering en noemt de zaak een "test case" voor de strijdkrachten om te zien of die hun politieke bazen respecteren. De Amerikaanse regering heeft dit standpunt met instemming begroet.
Is het niet tekenend dat grote aantallen gematigde moslims het gevaar zien terwijl zoveel non-moslims blind zijn? Bevestigen de ontwikkelingen in Pakistan en Turkije niet mijn vaak herhaalde punt dat radicale islam het probleem is en gematigde islam de oplossing? En suggereren ze niet dat onwetende non-moslim bemoeials plaats horen te maken voor gematigde moslims, die vastbesloten zijn om islamisme haar welverdiende plaats in de vuilnisbak van de geschiedenis te geven?